Over bezeten zijn en obsessief gedrag

Gepubliceerd op 28 oktober 2025 om 11:36

"Achteraf gezien herken ik de patronen wel. Elke dag is ze aan het stofzuigen. Normaal is dat niet, hé." Ik knipper een paar keer stevig wanneer ik iemand dit over mij hoor zeggen als reactie in een gesprek over mijn boek. De talloze vraagtekens zweven rond mijn hoofd. Verstomd weet ik niet hoe te reageren, dus glimlach ik maar even. Zou het ...? Ben ik ...? Klopt het ...?

 

Wat klopt: ik stofzuig elke dag snel even mijn keuken en living. Handen op, wie nog? Of toch toen ik nog een hond én kat, en twee kleine kinderen in huis had. Lees: overal dierenhaar, kruimels en kindjes die op de grond spelen. Nu de hond er niet meer is en de kleine kinderen intussen pubers zijn, sla ik al eens een dag over. Maar goed, de zelftwijfel was gezaaid, de drang naar zelfanalyse en antwoorden stak stevig de kop op. De stofzuiger bleef even in de kast, want wat als het toch ... Na twee dagen waaide het dierenhaar-tumbleweed door het stof en het zand langs de kinderen die op de grond een legostad bouwden. Als dit de sociaal aanvaardbare norm is, leer ik maar als luizenmoeder te leven. Al kon ik mij niet inbeelden dat wij vroeger thuis ooit vol stof en zand hingen als we binnen hadden gespeeld. Ook bij vriendinnetjes thuis nooit meegemaakt. Dus waarom zou ik met een vuil huis en wrang gevoel daarrond moeten leven om te bewijzen dat ik 'normaal' ben en geen obsessief gedrag vertoon? Want dit voelde net als obsessief niets doen. Er klopte iets niet, en ik vermoedde dat het niet aan de werkuren van mijn stofzuiger lag.

 

Naast onszelf als overlever analyseren en aan de hand van perfectionisme willen bewijzen dat er niks aan de hand is, zullen er altijd mensen zijn die het uit onbegrip voor ons doen. Mensen die (jeugd-)trauma niet begrijpen. Mensen die vanuit dat niet weten linken leggen en conclusies trekken die volledig naast de kwestie zijn. Het zijn foute oordelen die ons overlevers een hoge druk opleggen omdat we geen stempel opgedrukt willen krijgen. Dat foute oordelen houden het taboe in stand dat overlevers laat zwijgen. Het zorgt ervoor dat overlevers hun lat té hoog blijven leggen om te bewijzen wat niet moet bewezen worden, dat ze geen blijvende problematiek meedragen door hun verleden.

 

Dus, liefste lotgenoten, beste (luizen-)moeders en -vaders, lieve iedereen, ook al neem je 10 keer per dag je stofvod in de hand, was je wekelijks je ramen binnen en buiten, draait je stofzuiger overuren en schittert je huis elke minuut van de dag, je bepaalt zelf wat je maatstaf is. Niemand hoeft dat voor jou in te vullen. Het is jouw manier van leven, zolang jij je er goed bij voelt. Laat je door niemand twijfelen aan jezelf. Dat is wat ik wil bereiken met lezingen, deze column en elke keer als we er met Fonkel op uittrekken. Tegelijk is het ook los van het thema van (jeugd-)trauma, een boodschap voor de hele maatschappij: wees mild voor jezelf en voor anderen. De wereld is zo hard en individualistisch geworden. We moeten zorgen voor elkaar, alleen zo raken we als mensheid vooruit.

 

Om Dirk De Wachter te citeren, die enkele weken geleden in een interview zei: "Een zinvol leven is zorgzaam zijn voor de medemens. Het is heel eenvoudig en ook heel moeilijk, van betekenis zijn voor de hulpvraag en nood van anderen. Dat is de wezenlijke zin van het bestaan." Ik sluit deze week dan ook graag af met een warme oproep om zachter, zorgzamer, milder en met minder (voor-)oordelen met anderen om te gaan. Gewoon samen leven.

 

Bon, nu moet ik echt afsluiten, mijn vloer ...

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.